woensdag 16 november 2016



Verse intelligentie

De meeste mensen weten wel ongeveer wat met de term ‘intelligentie’ wordt bedoeld. Zij kennen misschien uit eigen ervaring een bezoek aan een gediplomeerd deskundige op dit gebied, en hebben bij hem of haar een IQ-test gedaan – of zij hebben van zo’n fenomeen gehoord. In deze visie op het woord intelligentie is het een meetbaar iets. Hij (of zij) is heel intelligent, en hij (of zij) veel minder.

Ik pak Van Dale er even bij. Als begin van het gebruik van het Nederlandse woord ‘intelligent’ wordt het jaar 1808 vermeld: dat wil zeggen dat dit woord in het kielzog van de Westerse Verlichting hier is binnengekomen. Dat ging via de Franse taal; in die tijd was Napoleons broer koning van Holland. Vermoedelijk was het woord in heel West-Europa meteen een modewoord geworden, want bij het vertalen in 1805 van een fragment in een Upanishad waarin (voor het eerst in een levende westerse taal) een zogenaamde mahavakya voorkwam, een ‘Grote Uitspraak’, gebruikte de Engelsman Henry Colebrooke het. Hij verwoordde het aldus:
            “Intelligence is (brahme) the great one.”
            Tegenwoordig wordt deze passage (Aitareya Upanishad III.1.3) meestal vertaald als “Bewustzijn is Brahman, het Absolute.” Met andere woorden, dat wat nu in non-dualistische kringen algemeen de term ‘Bewustzijn’ krijgt (in de genoemde tekst de vertaling van de Sanskriet-term prajnana), werd toen ‘intelligentie’ genoemd. Ook in later vertaalwerk van Brits-Indiërs kun je een gretigheid opmerken om het woord ‘intelligentie’ als synoniem te gebruiken van het door niets te beperken Bewustzijn, het Absolute, het Verschilloze.

Hoewel ik nu zou zeggen dat dit niet echt klopt (intelligentie is een vermogen, en Bewustzijn is datgene wat licht en werkelijkheid schenkt aan wat ook, dus ook aan ieder vermogen), is het wel een handig tussenstapje om aan te komen bij het onderwerp van dit tekstje:
            verse intelligentie.
            We hebben al meer dan twintig jaar allerlei vondsten langs zien komen om het begrip intelligentie nader toe te lichten, zoals ‘emotionele intelligentie’ en ‘spirituele intelligentie’, en natuurlijk pogingen tot overlapping zoals ‘meervoudige intelligentie’. Dus hoezo nu weer iets nieuws? Hoezo verse intelligentie? Wat kan er vers zijn aan intelligentie?

Deze verse intelligentie waar ik naar wil wijzen, is een vermogen dat vlakbij het Absolute Bewustzijn ligt. Vlakbij. Maar vlakbij is niet het zelfde als identiek.
            Ik zou zeggen dat verse intelligentie het meest directe instrument is van Absoluut Bewustzijn. Eigenlijk het meest noodzakelijke instrument, maar dat blijkt nog niet zo makkelijk aan te tonen. Waarom ik het aanduid als ‘vers’ is omdat het luistert. Bewustzijn, het Verschilloze Gewaarzijn dat nooit afwezig is, heeft geen enkele richting of bedoeling, en staat geheel los van tijd. De in Bewustzijn opkomende uitdrukking zit meestal wél vol met richting en bedoeling. Vaak is iemand ‘best wel intelligent’, maar je kunt net zo vaak ook zien dat daarbij helemaal niet geluisterd wordt naar Dat wat altijd al werkelijk is, en wat dus nu werkelijk is: Verschilloos Bewustzijn. Er zit vaak al een kleur in – wat in de meeste gevallen een kleuring betekent.
            Verse intelligentie wil zeggen dat juist wel naar verschilloos Bewustzijn geluisterd wordt, naar Dat wat geen enkele kleur of kleuring heeft.
            Niet dat dit luisteren als prestatie zou gelden. Niet als ‘kijk mij dit eens groots beluisteren’, alsof het hier om een psychische gave gaat die alleen zeldzame types hebben.

Nee. Maar bij dit luisteren kun je wel voelen dat het om een heel nieuw soort urgentie gaat. Alle oude structuren, vaak tot stand gekomen dankzij IQ-tests bij deskundigen, zijn niet meer toereikend om met deze tijd om te gaan. Er is een heel nieuwe blik nodig. Niet een blik die nog zijn best doet om aan te tonen waarom een bepaalde persoon niet zo’n heel goede president zal zijn. Dat is niet de urgentie – wat ik hier aankaart heeft nog niets te maken met politiek, of wetenschap, of de toekomst van de wereld. Dat soort zaken zitten lager op de ladder van de hiërarchie die ik als terechte beschrijving van Werkelijkheid voel. Politiek toont typisch alle kenmerken van een oude structuur. Die ligt in een trommel, en is al bijna aan het schimmelen. Vandaar dat wereldse besprekingen overal zo eindeloos lang duren, en conflicten niet opgelost worden. Ik noem dat ‘werken aan de staart’ – ik kan dat in de meeste gevallen niet intelligent noemen.

Verse intelligentie wil zeggen dat er een vermogen tot luisteren in ieder mens is dat helemaal niet op het bekende gebouwd is. Het tapt uit dat wat nog niet geweten wordt, wat nog niet opgespaard of vastgekleefd is.

Verse intelligentie is altijd snel.
            En meteen moet ik openlijk erkennen dat luiheid hierbij vaak een hulp is. Dus ‘snel’ – dat is uiteraard een betrekkelijke term. Easy, relaxed, laid-back, al die moderne Engelse termen, ze zijn hier allemaal terecht. Juist door iets dat relaxed is, gewoon, natuurlijk enzovoort, juist daardoor kan het kennende beginsel, dat godzijdank constant ons meest eigene beginsel is, razendsnel beluisterd worden, en op een waarlijk intelligente manier geïnterpreteerd worden. Ogenblikkelijk.

Wat is het heerlijk als de intelligentie luistert naar zijn ware natuur! Zijn ware natuur – laten we het nog even Bewustzijn noemen, of Verschilloos Gewaarzijn – die ware natuur schenkt de hele tijd.

Maar als er naar andere dingen wordt geluisterd, dan is de intelligentie gefilterd, met andere woorden traag. Hij werkt dan via eindeloze zijwegen, met allerlei vormen van uitstel.
            Met verse intelligentie kun je direct zien of iets een zijweg is; constant ben je in staat de hoofdzaak te onderscheiden van bijzaken.

Verse intelligentie is altijd snel. Hij is altijd nieuw namelijk. Hij leunt niet op iets ouds.
            Nu pas begint alles. Er is nog niets – en opeens is er iets, en zonder enige aarzeling kun je luisteren. Ook al verlept je kennis, is je vermogen om onmiddellijk te luisteren naar Dat waar nog geen kennis of weten kleeft, constant het geval, en zo kun je dan ook zonder kleuring interpreteren wat zich aandient. Dat vermogen noem ik verse intelligentie.

O intelligentie!
Wat hou ik toch van je!
Van je sprank, van je kristal!
Je constante versheid!

maandag 7 november 2016