zondag 3 juli 2016



In de bron is helemaal niets

‘De bron’: zulk taalgebruik riekt naar een kans op romantiek, een zitten bij deze bron, met de zachte klanken van een snaarinstrument.
            Wat ik bedoel met ‘bron’, in ‘de bron van belangstelling’ en ‘de bron van aandacht’, is dat er helemaal niets is in die bron.

Niets. Geen vibratie, geen vorm.
            En opeens is er een eerste vibratie, een eerste opwelling. Opeens is er een gedachte.
            Opeens belangstelling.

‘Bron’, hoe romantisch klinkend ook, is aanduiding van dat waarover je niet verder kunt praten. Want zodra je zegt: ‘Waar komt deze gedachte uit voort?’, zie je meteen dat die uit iets voortkomt dat je ‘leeg’ kunt noemen, ‘volkomen niet-iets’.

De inhoud van de gedachte bestaat weliswaar uit verleden, uit een soort ketting van oorzaak en gevolg, vaak ‘karma’ genoemd. Maar het feit dat een gedachte opkomt is nog steeds los van verleden.

“De wereld wordt geconditioneerd door karma, maar zijn bron is de natuurlijke staat.”[1]


[1] Lopon Tenzin Namdak in Heart Drops of Dharmakaya (Ithaca, NY: 1993), p. 44.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten